Zero woont in de buitenwijk Rebibbia van de Tiburtina vallei. Hij is een cartoonist, maar zonder een vaste baan wringt hij van de ene opdracht naar de andere. Zijn leven gaat altijd op dezelfde manier door, maar zodra hij thuiskomt, vindt hij er zijn kritische geweten dat op hem wacht: een gordeldier dat in gesprekken die op het absurde lijken, hem op de hoogte houdt van wat er in de wereld gaande is. Zero wordt gezelschap gehouden op zijn dagelijkse omzwervingen door zijn vriend Secco. De dood van Camille, een meisje dat hij op school kende en op wie hij heimelijk verliefd was, verplicht hem om zijn leven te regelen en om zijn onvermogen om te communiceren, zijn twijfels en zijn gebreken onder ogen te zien.